- onzuiver
- {{onzuiver}}{{/term}}I 〈bijvoeglijk naamwoord〉1 [niet zuiver] impure2 [nog niet gezuiverd] unpurified ⇒ crude 〈olie〉3 [bruto] gross♦voorbeelden:1 〈figuurlijk〉 een onzuiver beeld • a false pictureonzuiver water • impure water3 het onzuiver inkomen • the gross/assessable incomeII 〈bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉1 [afwijkend] inaccurate ⇒ imperfect, 〈statistiek〉 biased2 [onorthodox] unsound ⇒ faulty♦voorbeelden:1 een onzuiver schot • an inaccurate shotonzuiver zingen • sing out of tune/off key2 een onzuivere redenering • faulty reasoningonzuiver in de leer • unsound in the faith
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.